Berichten

De boom in.

Prinses Marianne (1810-1883), dochter en oogappel van koning Willem I, was een vrijgevochten vrouw die niet in haar tijd paste. Marianne hield van seks en daar kwam ze demonstratief voor uit. Wat zij, de prinses, deed vonden tijdgenoten maar ook haar familie schandalig. De levenswandel van de Oranjes was zoals bekend verre van onberispelijk, maar mannen mochten dat. Tijd om Marianne eens voor het voetlicht te halen

Op 20-jarige leeftijd trouwde ze met haar volle neef prins Albert van Pruisen. Een verstandshuwelijk, gebaseerd op politiek en machtsoverwegingen. Het echtpaar kreeg vijf kinderen, van wie er twee jong stierven. De sfeer in hun Berlijnse onderkomen was om te snijden. Dat had vooral te maken met Alberts veelvuldige bezoeken aan bordelen waarbij hij een enthousiaste voorkeur aan de dag legde voor hoerenkasten met de slechtste reputatie. Albert hing de beest uit en daar kreeg Marianne schoon genoeg van.

Toen haar vader in 1843 stierf kon ze dankzij de erfenis zelfstandig gaan leven. Ze liet haar echtgenoot en drie kinderen in Berlijn achter en verhuisde naar Voorburg. Ze nam een koetsier in dienst, Johannes van Rossum, die al spoedig tot bedgenoot werd gepromoveerd en met wie ze zelfs openlijk ging samenwonen. Schande dus. Haar reputatie ging helemaal aan diggelen toen ze met Johannes (een getrouwd man) een zoon kreeg. Overspel, zo vonden de Oranjes door de eeuwen heen, was geen enkel probleem, maar een vrouw moest dat niet in haar hoofd halen.

Marianne leidde een onstuimig leven, vol van avontuur en verre reizen. Bij reizen horen souvenirs. Toen ze in Egypte een slavenmarkt bezocht, koos ze haar souvenir met zorg. Het joch dat ze kocht was opvallend knap en straalde manlijkheid uit. Voor Marianne reden om met hem in Den Haag te gaan lopen pronken. Haar slaafje bracht de fantasie van het volk in wijde omgeving danig op hol en kreeg in oververhitte fantasieën de rol van seksslaaf toebedeeld. Marianne zat er niet mee.

Zelfs Eilert Meeter, journalist en erkend republikein, sprak schande van haar gedrag en noemde Marianne een ‘rondzwervende vrouw van lichte zeden’. Niemand in Nederland zou meer ontaard zijn dan Marianne. De biseksuele koning Willem II (haar broer) was door zijn seksuele uitspattingen geliefd bij het afpersersgilde, maar op Marianne kregen ze geen vat. Als je alles openlijk doet valt er immers niets af te persen. Gêne kende de prinses niet of nauwelijks. Je krijgt zelfs het idee dat broeder Willem wat betreft seksueel vertier nog best veel van zijn jongste zus had kunnen opsteken.

Over Marianne ging het gerucht dat ze wedstrijden organiseerde waarbij de hoofdprijs een naakte vrouw was. Vermoedelijk is het verhaal ontsproten aan de erotische verbeeldingskracht van de Voorburgers, maar een goed verhaal moet je, zoals bekend, niet kapot checken. In een boom op Leeuwensteijn, haar villa in Voorburg, had prinses Marianne een plateau laten timmeren, dat eigenlijk een open lucht sekstheater was. Een vrouw die letterlijk niets om het lijf had nam daarop plaats. Ze was de prijs voor een stel bronstige mannen die zich likkebaardend onder de boom hadden opgesteld. Ook zij waren, afgezien van hun rijlaarzen, naakt.

Zodra de hoofdprijs zich op het plateau had geïnstalleerd, kwamen de heren in actie en klommen seksbelust de boom in. Wie als eerste het plateau in de ‘prinsessenboom’ bereikte won de naakte dame als hoofdprijs. Terwijl de winnaar op het plateautje seks had keek prinses Marianne, al dan niet in gezelschap van genodigden, belangstellend toe. Wellicht doelde Meeter op het vermeende sekstheater van de prinses toen hij noteerde dat Marianne zich overgaf ‘aan onnatuurlijke gruweldaden, die hier geen nadere bespreking verdragen’.

Niettemin deed ze later in haar leven veel aan liefdadigheid. Er zijn talloze straten in Nederland naar haar genoemd. Al dan niet omzoomd door bomen.

Deze column verscheen eerder in De Republikein, nummer 4, december 2022